Nederlanders zijn klagers. ‘Hebben die rotmeiden de afwas van gister weer laten staan. Doen ze altijd,’ klaagde een ober laatst, in het hotel waar ik een ontbijtje aan het oppeuzelen was. ‘Als ze zich nou gewoon ziek meldt, krijgen we tenminste vervanging. Nu hangt ze hier maar wat, ze doet geen fluit,’ mopperde de boekverkoper, terwijl hij mijn tijdschrift afrekende. En zo kan ik nog wel even doorgaan… Zij ‘van de overkant’ die de tuin nooit netjes houden. Die luidruchtige buren. Hunnie met die blaffende hond. En dan zijn er natuurlijk nog die vervelende, verwende, losgeslagen én brutale kinderen, van anderen.
Zelf ben ik al geen haar beter. Zo bleek afgelopen maandag maar eens. Toen ik mij enthousiast aanmeldde voor een klaagvrije maandag, op Facebook. Waarom? Ik werd uitgenodigd en drukte voor de verandering eens op ‘going’. Wat in dit geval niet fysiek was, maar mentaal: ik gá ervoor. En ik dacht ook nog dat het appeltje eitje zou zijn. Als echte ras-optimist. Een hele dag niet klagen. Op maandag.
Wat begon als grap werd al snel een heuse uitdaging. Toen mijn allerliefste kinders na het smeren van hun ontbijt het broodbeleg {#%$$$<! weer niet terug legden in de koelkast, liet ik al die rare tekens zowaar achterwege. Vroeg ik poeslief: schattebouten, zouden jullie zo vriendelijk willen zijn om…? Ik zei niets toen mijn man met zijn slaaphoofd wel een koffie voor zichzelf maakte, en mij oversloeg. Zette alleen met een brede glimlach mijn nog lege kop naast de zijne. En ook toen mijn sportcoach later die ochtend vond dat dertig push-ups no problemo zijn, hoorde je mij niet klagen.
Goed bezig dus. Heel goed bezig. Tot het moment waarop mijn middagafspraak een uur later nog steeds niet kwam opdagen (kun je op zijn minst even bellen, mopperde de automatische piloot in mij). En waar ik in de ochtendspits nog overliep van de positieve vibes, was ik tegen de ávondspits zo moe van het niet klagen dat alles er alsnog in volle vaart uit kwam. ‘Misschien kunnen jullie Ipad-mannen even de tafel dekken, aangezien ik na een lange werkdag (en de hele dag positief doen) al heb gekookt’ Zodra ik mijn eigen cynische ondertoon in deze zin bespeurde, wist ik dat ik had verloren. Kansloos. #fail. Niet gehaald.
Maar ja. Een hele dag. Op máándag. Het was natuurlijk wel érg ambitieus. Ik heb gewoon wat meer oefening nodig. Ik denk dat het net gaat als met die push-ups. Op een gegeven moment dóe je ze gewoon. Met zelfs nog wat kikkersprongen achteraan. Gelukkig dacht de organisator van het event er net zo over, en staat de volgende klaagvrije maandag alweer gepland: 23 februari. Wish me luck. En kom vooral gezellig langs, voor een klaagvrij kopje koffie. Alleen nog eventjes níet na vier uur ’s middags…